Samen kom je verder, dat geldt ook voor vergroening van productieprocessen. De industrie in de Eemsregio werkt daarom samen aan verduurzaming. De warmwaterleiding van EEW naar Zeolyst is daarvan een goed voorbeeld. Deze bedrijven zijn naast elkaar gevestigd op het bedrijventerrein Oosterhorn en hebben op een bijzondere manier op elkaars behoeften ingespeeld.
Zeolyst produceert zeolieten, een product in poedervorm dat onder meer gebruikt wordt in katalysatoren voor olieraffinaderijen en systemen voor NOx reductie in uitlaatgassen. Zeolieten worden gemaakt door chemicaliën een met elkaar te laten reageren en deze vervolgens herhaaldelijk op grote banden met warm water te wassen. Voorheen verwarmde Zeolyst hiervoor het water zelf in een gasgestookte installatie maar sinds de komst van EEW op Oosterhorn is dit veranderd.
EEW produceert in haar thermische restafval verwerkingsinstallatie veel warmte, waarmee het bedrijf stoom en stroom maakt. De hete rookgassen die vrijkomen worden na een intensieve reiniging ook benut om water voor Zeolyst te verwarmen. “We zijn begonnen zijn met het leveren van stoom aan Zeolyst en hebben dat nu uitgebreid met het leveren van warm water. Als onze rookgassen het reinigingsproces hebben doorlopen, zit er nog veel warmte in. Het is niet van deze tijd als we al deze warmte nutteloos via de schoorsteen naar buiten afvoeren” aldus Wilfred de Jager, directeur van de EEW centrale in Delfzijl. “Onze buurman Zeolyst heeft een grote behoefte aan warm water en daarom zijn we gestart met een project om onze restwarmte uit de rookgassen te gebruiken om water op te warmen voor Zeolyst”.
Jan Willem Eshuis, plantmanager van Zeolyst, hierover: “Vroeger gebruikten we drinkwater als spoelwater maar dit wilden we verduurzamen. Nu gebruiken we daarom restwater, het condensaat van Nouryon, en dit levert een forse drinkwaterbesparing op. Doordat EEW dit water voor ons verwarmt besparen we niet alleen op drinkwater maar ook aardgas. En doordat we zelf geen aardgas meer hoeven te verstoken en gebruik maken van restwarmte van EEW stoten we minder CO2 uit”.